Het Amsterdamse Bos als psychiater

‘Het AB was mijn psychiater’

Het was de kop boven een interview met voormalig stadsecoloog Martin Melchers in Het Parool: ‘Het Amsterdamse Bos was mijn psychiater.’ Mooi verwoord en zo goed voor te stellen. Melchers: ‘Na de oorlog hadden we geen cent te makken, dus onze vakanties gingen naar het Amsterdamse Bos. Daar kon je zwemmen en vissen. Later ging ik er vogelnesten zoeken. Op de Mulo was het Bos mijn psychiater. Ik wilde niet deugen op school, daar kreeg ik pijn van in mijn maag. Na school fietste ik naar het Bos. Nadat ik een fazant en een haas had gezien, kon ik ontspannen en naar huis. Nog steeds ga ik er graag naar toe. Het heeft iets rustgevends, die grote bomen.’ Het interview was naar aanleiding van zijn nieuwe boek ‘Geluksvogel – Een kleine biografie van de Amsterdamse natuur.’

Het bont zandoogje van Martin Melchers (Beeld: Natuur dichtbij).

Jaren geleden hadden wij ook een interview met Martin Melchers. Op een bankje in de zon op het Vogeleiland vertelde hij honderduit over alle dieren die in het Bos voorkomen. Hij was niet bij te houden. Toen hij vertelde dat het bont zandoogje steeds vaker in het Bos gesignaleerd werd, kwam op hetzelfde moment dezelfde vlinder op een plant zitten. Zelden hebben we iemand zo blij gezien. Toen er een prachtig gekleurde libel verscheen: ‘Wie zijn wij eigenlijk? Wij zijn hier nog maar net, de libel is hier al 700.000 jaar.’ Beladen met nieuwe kennis gingen we na afloop nederig weer huiswaarts.