In de rubriek ‘Erfgoed van de week’ van de gemeente Amsterdam was vorige week het Amsterdamse Bos aan de beurt. Precies 80 jaar geleden, op 31 maart 1937, besloot de gemeenteraad tot de aanleg van een natuurgebied van bijna 1000 hectare. We citeren: ‘Het moest een ‘sociaal bos’ worden, bedoeld voor alle lagen van de bevolking. Burgers die geen geld hadden voor een dagje naar het strand of naar het Gooi konden zo ontspannen in een natuurlijke omgeving. Biologen Jac. P. Thijsse en A.J. van Laren hadden een groot aandeel in het op dat moment grootste overheidsproject van Europa, dat door Cornelis van Eesteren en Jakoba Mulder werd ontworpen.
‘Nog voordat het ontwerp voor het Bos af was, werd al begonnen met de aanleg van de Bosbaan. De gemeente kon zo gebruik maken van gelden die beschikbaar kwamen voor de werkverschaffing. Kantoorklerken, bakkers, marktkooplieden, allen die wilden werken tegen een honorarium dat iets hoger lag dan een bijstandsuitkering, moesten het zware graafwerk doen. Zo ontstonden de waterlopen, de ophoging van de 16 meter hoge Heuvel en de aanleg van wegen. De bestrating van de wegen werd weer betaald uit een nationaal Werkfonds. Het Bos is er dan ook niet alleen vóór de Amsterdammers, maar is ook dóór Amsterdammers aangelegd. Veel ouderen spreken daarom nog steeds vol trots van het Boschplan.’
Volgende week deel 2 over wat er van het Bos geworden is, in de ogen van de gemeente.