Van de Foto-expositie in het Bos hebben we één foto geselecteerd, die van de aanleg van de Heuvel vanuit de lucht gezien. De Heuvel is moeizaam tot stand gekomen. Eerst was er de politiek, die het niet eens was over de hoogte ervan. De ene wethouder vond 12 meter hoog genoeg, een andere 20 à 25 meter, waarop een wethouder van een concurrerende gemeente zich sterk maakte voor 40 meter. ‘Maar dan is het geen heuvel meer, maar een berg. Wat kost dat allemaal niet?’ Dat ging zo vele jaren door. Begonnen als een bult kreeg de heuvel door de jaren heen steeds meer vorm. In 1950 werd er bij een boom op de beginnende heuvel een oorkonde begraven. Bij de oorkonde, die getekend was door burgemeester d’Ailly, waren munten verpakt en een afdruk van de poot van de hond van de burgemeester. In 1955 was de heuvel 6 meter boven N.A.P.
Uiteindelijk is de heuvel 16 meter hoog geworden en 12 meter boven N.A.P. Hij is aangelegd met puin uit de stad en met grond die vrijkwam bij het graven van onder andere de Bosbaan en de verbreding ervan in 1963. Het geheel is afgedekt met teelaarde. In 1970 werden de laatste boompjes geplant en werd op de top de brede trap aangelegd. In de bestrating boven op de top zijn vier kompaspijlen aangebracht. De Heuvel heeft een zeer grote basis, die meer dan de helft van het Vondelpark beslaat. Door de dieptewerking, het weidse uitzicht en de beplanting met sparren en dennen is er een aparte sfeer ontstaan, die doet denken aan het Zwarte Woud. Ooit werden we op het pleintje beneden aangesproken door een man die wilde weten hoe hoog de Heuvel is. ‘Zestien meter,’ was het antwoord. ‘Mooi,’ zei hij, ‘dan ga ik hierheen bij een watersnoodramp.’